Neurogene blaas

Om urine op te kunnen houden moet de blaas ontspannen zijn en de sluitspier opgespannen.  Om te plassen moet de blaas samentrekken en de sluitspier ontspannen.  De samenwerking tussen blaas en sluitspier wordt aangestuurd door de hersenen, stukken van het ruggenmerg en zenuwen in het bekken.

Patiënten met neurologische aandoeningen zoals MS, Parkinson, CVA (beroerte), dwarslaesie, … ervaren problemen met de blaas of de sluitspier of de samenwerking tussen beide.  Dit komt omdat het zenuwstelsel dat blaas een de sluitspier aanstuurt (gedeeltelijk) beschadigd is.

De plaats waar het zenuwstelsel beschadigd is en de uitgebreidheid van de schade bepalen welke problemen optreden.  Niet alle problemen worden door de patiënt opgemerkt (soms is het verloop “asymptomatisch”).  Wel is het belangrijk dat problemen met de werking van de urinewegen opgespoord worden, omdat ze op lange termijn complicaties kunnen geven, zoals achteruitgang van de nierfunctie.

Specifieke diagnostiek en opvolging van deze problemen dient door een uroloog te gebeuren.  Behandeling gebeurt vaak in samenspraak met de neurologen, de artsen van de fysische geneeskunde en de bekkenbodemkinesiste.

Voor de patiënten met MS wordt hiervoor samengewerkt in de multidisciplinaire MS-raadpleging.

Links

Medisch specialisme Neurologie