Vitrectomie

Op deze pagina kan je lezen wat je mag verwachten als je een glasvochtoperatie (ook wel vitrectomie genoemd) aan het oog moet ondergaan. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van wat uw arts je heeft verteld. Elke situatie is uniek en jouw behandeling kan afwijken van de beschrijving op deze pagina.

Glasvocht (of glasachtig lichaam of vitreum) is een gelei die het grootste deel van je oog opvult. Het bevindt zich achter de ooglens. Normaal glasvocht laat licht ongehinderd door naar het netvlies.

De gele vlek of macula is de zone centraal in het netvlies verantwoordelijk voor de scherpte van het zicht.

Een vitrectomie is nodig als:

  • Er troebelingen in het glasvocht zitten die erg storend zijn voor het zicht
  • er littekenweefsel gegroeid is op de gele vlek (Pucker membraan) waardoor het zicht vervormd is
  • een gaatje in de gele vlek is gekomen (maculair gaatje)
  • het netvlies losgekomen is van de oogwand

In de meerderheid van de gevallen waarbij een vitrectomie nodig is, is er een ernstig probleem met het netvlies en moet men er rekening mee houden dat het zicht nooit meer perfect zal zijn.

De operatie

De operatie duurt 40 minuten tot enkele uren, afhankelijk van de ernst van de afwijking. Een korte operatie kan onder plaatselijke verdoving doorgaan. Bij een langere operatie raden we algemene narcose aan.

Als je ouder bent dan 55 jaar en je hebt nog geen cataract operatie (verwijderen van de lens) ondergaan, zal de operatie gecombineerd worden met een cataract ingreep. Als je jonger bent dan 55 jaar, wordt bekeken of de lens nog helder genoeg is om deze te behouden.

De operatie gebeurt door 3 kleine insnedes in de harde oogrok, naast het hoornvlies. Via deze gaatjes worden micro-instrumentjes in het oog gebracht. Met deze instrumenten zal het glasvocht en eventueel littekenweefsel verwijderd worden. Als het netvlies losgekomen is, zal dit terug op zijn plaats gelegd worden. Hierna zal het netvlies vastgelaserd worden. Het glasvocht wordt vervangen door een speciaal soort vloeistof of door gas of olie.

De keuze van het product ter vervanging van het glasvocht hangt af van de ernst van de operatie en zal met jou worden besproken voor de operatie.

Als er vloeistof in het oog gelaten wordt, zal dit vanzelf vervangen worden door je eigen oogvocht en zal je hier geen hinder van ondervinden.

Als er gas of lucht is achtergelaten zal je de eerste paar weken zeer slecht zien. De gasbel zal geleidelijk aan ook vervangen worden door je eigen oogvocht, maar dit gaat langzamer. Je zal een wiebelende zwarte bel zien die eerst heel je beeld troebel maakt maar die geleidelijk aan zal zakken. Als de bel voldoende gezakt is, zal je erover kunnen kijken en is je zicht weer beter. Zolang er gas of lucht in je oog aanwezig is, mag je niet duiken, vliegen of bergbeklimmen.

Moest je toevallig binnen een maand na het inbrengen van gas of lucht opnieuw onder narcose moeten, moet je vooraf tegen de arts zeggen dat er gas of lucht in het oog zit. Er mag dan namelijk geen lachgas gebruikt worden bij de narcose.

Olie wordt gebruikt bij de moeilijkere gevallen. Olie heeft als voordeel dat dit het netvlies langere tijd extra steun geeft en dat je meteen na de operatie al wat kan zien, maar wel troebel. Ook kan je meteen vliegen, moest dit nodig zijn. Het grootste nadeel is dat er een tweede operatie nodig is om de olie te verwijderen. Dit gebeurt meestal enkele maanden na de eerste operatie.

De wondjes worden daarna gesloten. Soms zijn hier hechtingen voor nodig, maar die verdwijnen vanzelf. 

Complicaties

Bij elke operatie is er een kans op complicaties. De oogdruk kan verhoogd of verlaagd zijn de eerste weken na de operatie. Dit kan behandeld worden met oogdruppels. De gele vlek kan gezwollen zijn de eerste weken na de operatie. Als dit niet vanzelf wegtrekt na 2 maand, kan hiervoor een cortisone injectie in het oog noodzakelijk zijn. Het netvlies kan (terug) loskomen na de operatie, om dit te behandelen is een tweede operatie nodig. Ernstige maar zeldzame complicaties zijn een infectie of een bloeding in het oog.

Om complicaties tijdig op te sporen zijn regelmatige controles nodig de eerste maanden na de operatie.

Na de operatie

Je moet 5 weken druppels gebruiken, volgens een vast schema: 

  • week 1:  Tobradex 5 keer per dag 
  • week 2: Tobradex 4 keer per dag
  • week 3: Tobradex 3 keer per dag
  • week 4: Tobradex 2 keer per dag
  • week 5: Tobradex 1 keer per dag

Soms is het nodig dit schema te wijzigen, dan zal je arts dit met jou bespreken. je oog gaat wat rood zien en kan gezwollen zijn en je kan het licht moeilijker verdragen. Dit zijn allemaal normale verschijnselen die verdwijnen na een paar weken.

Het verband mag de volgende ochtend van het oog verwijderd worden. Je moet nog 1 week met een schelp op het oog slapen, zodat je er niet per ongeluk in kan wrijven. 

Beperkingen na de operatie:

  • 2 weken niet bukken en heffen en geen zware inspanningen doen
  • 2 weken niet in het oog wrijven
  • 2 weken geen make-up gebruiken
  • 4 weken niet zwemmen
  • Niet rijden met de auto zolang je nog niets ziet met het geopereerde oog (bijvoorbeeld door een grote gasbel in het oog)

Als je lucht of gas in het oog hebt gekregen, zal het zicht de eerste weken zeer slecht zijn en erna langzaam beter worden. Bij olie zie je meteen al iets, maar wazig. Hoe goed het zicht gaat worden kan maar beoordeeld worden nadat de olie verwijderd is. 
Het zicht kan verbeteren tot 6 maand na de operatie.

Wanneer dringend terugkomen?

  • Als je zicht na enkele dagen slechter wordt dan in het begin
  • Als je oog na enkele dagen roder wordt dan in het begin of meer pijn begint te doen