Preventie van nierstenen

Voldoende vochtinname

De beste manier om niersteenvorming te voorkomen is voldoende drinken. Door de urine te verdunnen gaat men de vorming van kristallen in de urine tegen. Dagelijks dient iemand met een voorgeschiedenis van nierstenen minstens 2.5L te drinken. Het is belangrijk om de vochtinname gelijkmatig over de dag te spreiden en ook ’s avonds voor het slapengaan nog extra te drinken. Uiteraard dient men meer te drinken bij warmer weer en bij toegenomen lichaamsactiviteit.

Gewoon water geniet nog steeds de voorkeur. Afhankelijk van het type steen zal soms een bepaald merk van water afgeraden worden omdat hier te veel van bepaalde voedingsstoffen (zoals bv calcium) inzitten.

 

Aanpassing van de voeding

Een gevarieerde voeding blijft belangrijk. De nadruk ligt hierbij op zoutarm, fruit en groenten met voldoende variatie, voldoende vocht en een calciumrijk dieet arm aan dierlijke eiwitten. In bepaalde gevallen worden bijkomende adviezen gegeven.

  • Zoutarm dieet: Zout zorgt ervoor dat de uitscheiding van calcium in de urine toeneemt.
  • Calcium: Meestal wordt een normale calciuminname geadviseerd. Calciumrestrictie in de voeding is enkel aangewezen bij overmatige inname zo het calciumgehalte in de urine te hoog is.
  • Oxalaten: vooral te vinden in noten, chocolade, vitamine C preparaten, rabarber, zurkel, spinazie, koriander, tomaten, .. Deze voedingsproducten zijn te mijden door patiënten met calciumoxalaatstenen en in het bijzonder bij patiënten met darmhyperoxalurie (bv ziekte van Crohn).
  • Urinezuur: Urinezuur is een afbraakproduct van purine. Purine is vooral aanwezig in vis en vlees, maar ook terug te vinden in bv ansjovis, sardines, orgaanvlees, … .
  • Citraat: Citraat is een remmer van kristallisatie. Fruit is rijk aan citraat (kiwi en citrusvruchten). Eventueel kan citraat ook onder de vorm van medicatie gesubstitueerd worden.

Medicatie

Wanneer men een duidelijke oorzaak vindt voor de nierstenen, kan soms een gerichte behandeling met medicatie ingesteld worden. Anderzijds kan medicatie soms steenvorming veroorzaken. Deze medicatie dient dan aangepast te worden.

  • Als de nieren teveel calcium uitscheiden, wordt soms een thiazide opgestart. Deze medicatie vermindert de uitscheiding van calcium
  • Bij urinezuurstenen wordt vaak gestart met Allopurinol om de aanmaak van urinezuur te verminderen. Daarnaast wordt kaliumcitraat geassocieerd om de urine minder zuur te maken.
  • Mensen die nierstenen krijgen door cystinurie worden soms behandeld met tiopronine of d-penicillamine.