Veelgestelde vragen na een hartoperatie

Aangezien een hartoperatie een ingrijpende gebeurtenis is en vaak veel vragen oproept hebben wij geprobeerd om de meest voorkomende vragen te bundelen met hun antwoorden. De ervaring leert ons dat hoe beter u geïnformeerd bent hoe minder angst en onzekerheid u ervaart rondom de operatie.  Op deze manier hopen wij meer duidelijkheid te kunnen brengen tijdens uw periode voor en na de operatie.  

Indien u nog bijkomende vragen hebt welke niet beantwoord werden in deze lijst zijn wij natuurlijk altijd beschikbaar voor verdere verduidelijking. Dit zal ons ook helpen om op termijn een nog volledigere lijst te maken.

 

1. Lichamelijke klachten na hartchirurgie: Wat is normaal?

Vermoeidheid

Een hartingreep heeft steeds een weerslag op je lichaam. Wij proberen de impact van de ingreep te verminderen door zoveel mogelijk ingrepen te doen via een kijkoperatie. In normale omstandigheden zien wij dat vermoeidheid in de eerste week na een hartoperatie sterk aanwezig is. Daarna zal er een geleidelijke verbetering optreden tot dat u volledig klachtenvrij zal worden.

Vaak klagen patiënten na een hartoperatie van een verstoort slaappatroon. Ondanks de vermoeidheid wordt er vaak slecht geslapen tijdens de nacht. Probeer uw slaapritme te herstellen door overdag niet te slapen zodoende uw ’s nachts echt vermoeid bent.

Veranderende eetlust

Het is niet abnormaal dat uw smaak en eetlust aanzienlijk verandert na uw hartoperatie. Dit is meestal tijdelijk en hoeft u niet te verontrusten. Zo dit echter te lang zou duren kunnen er energierijke/eiwitrijke dranken bijkomend ingenomen worden. Het belangrijkste is dat u voldoende drinkt.

Ademnood

Dat u na een hartoperatie soms wat kortademig bent na een inspanning is niet onrustwekkend. Wanneer u in toenemende mate kortademig wordt en dit niet vermindert bij rust, dient u contact op te nemen met uw huisarts.

Het Borstbeen: het normale genezingsproces

Het litteken hoort bij ontslag mooi geheeld te zijn en moet niet worden bedekt. Soms kunnen er nog korstjes op het litteken zitten en soms zijn er kleine stukjes van de hechting zichtbaar. De korstjes vallen er vanzelf af en ook de meeste hechtingen zijn resorberend dwz worden door het lichaam afgebroken en moeten niet verwijderd worden.

Douchen is toegestaan vanaf het moment dat de wonde droog is, een bad nemen kunt u beter uitstellen tot minimaal drie weken na uw operatie.

Wordt nadat u thuis bent de wonde rood, pijnlijk of vochtig dan waarschuwt u best de huisarts of neemt u contact op met onze dienst.

Het borstbeen zelf heeft acht weken de tijd nodig om helemaal stevig aan elkaar te groeien. Hierdoor kunt u de eerste weken alleen lichte huishoudelijke taken (zoals afwassen, koken, stoffen) verrichten.  Zware voorwerpen, emmers en gewichten kan u best achterwege laten.

 

2. Wat mag ik eten en drinken na een hartoperatie?

Moet ik een dieet volgen

Tijdens uw herstel in het ziekenhuis is er een diëtiste die u raadgevingen zal geven.  Het is mogelijk dat afhankelijk van het type operatie u zoutloos, zoutarm of andere dieetmaatregelen worden aangeraden. Natuurlijk dient u erop te letten dat u een evenwichtige voeding gebruikt met weinig zout en verzadigde vetten (plantaardige olie is beter). Door teveel zoutinname, gaat uw lichaam namelijk vocht vasthouden wat een negatieve invloed heeft op de bloeddruk en het hart en uw lichaamsgewicht zal toenemen.

Alcohol

Inname van alcohol zal de lever stimuleren bepaalde enzymen aan te maken waardoor, naast de alcohol, ook bepaalde medicijnen sneller worden afgebroken. De hoeveelheid van het medicijn dat in het bloed achterblijft zal dus kleiner zijn, waardoor de werking ook minder wordt. Een geringe hoeveelheid alcohol is toegestaan: maximaal twee glazen wijn of bier per dag.  Uw lichaam heeft geen alcohol nodig om optimaal te functioneren. Gezien een operatie een aanzienlijk impact heeft op uw lichaam zullen de effecten van alcohol ook veel sneller zichtbaar zijn dan voor de operatie. Hou hier zeker rekening mee.

 

3. Welke activiteiten mag ik doen?

Er is geen reden om uw dagelijkse activiteiten niet terug op te nemen na uw ontslag uit het ziekenhuis.  Tenminste als u zich goed voelt en u steeds naar uw lichaam luistert. 

Wandelen

Wandelen is een zeer goede manier om uw conditie geleidelijk terug op peil te brengen. Pas u uiteraard aan de weersomstandigheden aan en vermijd in het begin lange afstanden. Vermijd rechtstreekse blootstelling aan de zon, sommige geneesmiddelen ontwikkelen daardoor nevenwerkingen, voornamelijk mensen welke het geneesmiddel cordarone nemen moeten extra voorzichtig zijn.

Fietsen

Afhankelijk van uw toestand en de raadgevingen van de kinesist kan u thuis op een hometrainer een lichte inspanning doen.  Fietsen op de openbare weg laat u best tot u bij uw behandelende cardioloog een fietsproef hebt gehad.

Autorijden

Na de hartoperatie mag u minstens een maand geen auto of moto besturen.  Draag steeds de autogordel.  Vraag de hartchirurg bij de eerste controleraadpleging om advies.

Bad en zwemmen

De eerste drie weken mag u nog niet in bad en zwemmen. U mag wel douchen.

 

4. Hoe krijg ik een mooi litteken?

Er zijn een aantal zaken welke je niet in de hand hebt. Afrikaans types hebben meer risico op verbrede littekenvorming (keloïd genaamd). Daarnaast is de genetische predispositie belangrijk in de manier waarop uw wonde zal genezen. Leeftijd heeft ook een belangrijke invloed. Hou ouder de huid, hoe minder elastisch en dunner de huid is en dus heelt deze minder mooi. Bepaalde medicatie zoals bijvoorbeeld corticoïden hebben ook een vertragend effect op de wondheling.

Mensen met suikerziekte dienen goede suikerspiegels in het bloed na te streven. Ontregelde suikerspiegels verhogen het risico op infectie en vertragen de wondheling.

De wondheling kan wel positief  beïnvloed worden door bepaalde maatregelen te nemen.

  • Infectiepreventie is vermoedelijk het belangrijkste. Dit betekent dat in de eerste weken alles moet gedaan worden om geen wondinfectie te veroorzaken.
  • Nicotine vertraagt de wondheling en verhoogt het risico op littekenvorming. Sommige plastische chirurgen willen om deze reden niet opereren vooraleer de patiënt 2 weken voor de ingreep is gestopt met roken.
  • Gezonde voeding (vnl eiwitten) brengt de bouwstenen voor een vlotte wondheling. Voldoende drinken zorgt voor een hydratatie van de huid wat tevens een positief effect heeft op de wondheling.
  • Eens uw wonde volledig genezen kan het geen kwaad om een vochtinbrengende crème te appliceren op de wonde om de hydratatie te optimaliseren. De eerste dagen zijn zalven en crèmes echter uit den boze en is drooghouden van de wonde de regel.
  • UV-licht kan de genezing van uw wonde verstoren en naast verkleuring ook verbreding van uw litteken veroorzaken. Hou uw litteken dan ook het eerste jaar uit het zonlicht of gebruik een zonnecrème met hoge factor.

 

5. Welke geneesmiddelen moet ik nemen?

Meestal krijgt u bij ontslag een combinatie van bloedverdunners, pijnstillers en hartmedicatie. Een aantal geneesmiddelen zal u levenslang moeten innemen.

Het innemen van de medicatie moet zorgvuldig en gedisciplineerd gebeuren.

° Bloeddrukverlagers

In principe krijgen bijna alle patiënten na hun hartoperatie een bloeddrukverlager welke vaak ook een temperend effect op uw hartritme heeft. Bloeddrukken kunnen over verloop van tijd veranderen wanneer u naar huis gaat. Goede opvolging door de huisarts of met een zelftester is dan ook verstandig.

Eénmalig de bloeddrukverlagers vergeten is niet erg; misschien zal de bloeddruk iets verhogen gedurende enkele uren. Probeer dit echter zoveel mogelijk te beperken.

° Bloedverdunning:

Behoren tot de basis van uw behandeling. Afhankelijk van de soort behandeling zal de soort bloedverdunning variëren. Ideaal neemt u deze volgens het meegegeven medicatieschema.

Bij mechanische kunstklep of bij voorkamerfibrillatie (vkf) dienen orale anticoagulantia genomen te worden. Voor kunstkleppen gebruiken wij in principe Marcoumar. Dit medicament is veilig op voorwaarde dat de ontstollingsgraad voldoende gecontroleerd wordt. De na te streven ontstolling wordt uitgedrukt in INR. Voor een aortaklep is de streefwaarde tussen 2,0 en 2,5. Voor mitralis en tricuspidaliskunstkleppen is  dit tussen 3,0 en 3,5.  Het goed functioneren van de mechanische klep hangt mede af van het correct innemen van de bloedverdunners. 

Indien u veel te hoge INR heeft (> 5,0) hebt u een hoger risico op bloedingsproblemen, bij te lage ontstolling (< 1,5) hebt u risico op het onstaan van stolsels thv de kunstklep. Om dit te vermijden dient u dan spuitjes (fraxiparine,clexane) te krijgen om dit risico te vermijden. Uw huisarts kent deze regels zeer goed en hij zal dan ook bepalen hoe frequent de controles dienen te gebeuren en wanneer spuitjes dienen gegeven te worden.

Recentelijk zijn er voor mensen met niet klep gerelateerde voorkamerfibrillatie nieuwere orale anticoagulantia (NOAC’s) voorhanden. Dit is makkelijke voor de patiënt en dient geen controle door de huisarts. Deze NOAC’s voldoen echter niet voor mechanische kunstkleppen.

Het eenmalig vergeten zal nog geen problemen veroorzaken, maar moet wel zoveel mogelijk beperkt worden.

Patiënten met een overbruggingsoperatie krijgen altijd een aspirinederivaat (Asaflow of Cardioaspirine) en afhankelijk van de klinische situatie vaak gecombineerd met een tweede plaatjesremmer.

Indien u onder bloedverdunners staat en u nog een heelkundige ingreep dient te laten ondergaan is het raadzaam om uw chirurg/tandarts  hiervan op de hoogte te stellen zodoende naar noodzaak deze medicatie kan onderbroken worden en zo nodig vervangen kan worden door een korter werkend medicament ( bv. Fraxiparine/Clexane)

° Diuretica (vochtafdrijvers of plaspillen genaamd)

Na een operatie heeft ons lichaam veel vocht opgestapeld door ondermeer het toegediende vocht.  In het ziekenhuis wordt om deze reden dagelijks het lichaamsgewicht opgevolgd en gekeken naar de zwelling van de voeten. Aan de hand van deze gegevens worden de diuretica aangepast.  Het is nuttig om deze zaken thuis verder te zetten.

° pols-erlagende medicatie en/of anti-aritmica

Na een hartoperatie kan ons hartritme sterk variëren. Een klein overzicht

  • Te snel: Vaak hebben patiënten na een hartoperatie een verhoogde rustpols. Om deze reden worden er vaak polsverlagende medicatie gegeven ( Betablokkers). Deze hebben ook een anti-aritmisch effect.
  • Onregelmatig: Voorkamerfibrillatie veroorzaakt een onregelmatig hartritme. Deze relatief goedaardige ritmestoornis komt zeer frequent voor na hartchirurgie (tot 30% van de patiënten). Het is dan ook niet ongewoon dat er tijdens het verblijf bijkomende medicatie dient opgestart te worden om het hartritme terug regelmatig te maken. Deze medicatie kan ook na het ontslag nog verder afgebouwd dienen te worden
  • Te traag: soms treden er geleidingstoornissen op na klepchirurgie of ablatie. In overleg met de dienst cardiologie kan er beslist worden tot het plaatsen van een pacemaker. Dit wordt pas beslist nadat er een aantal dagen een afwachtende houding werd aangenomen.

Het is daarom goed om regelmatig de hartslag te meten aan de pols. Indien u iets abnormaal opmerkt moet u niet direct ongerust zijn. Vraag uw huisarts om advies indien uw hartslag zeer snel en onregelmatig wordt en of u kortademig wordt of pijn hebt.

 

6. Kan mijn klep ontsteken of afgestoten worden?

Infecties van de nieuwe klep zijn absoluut te vermijden.  Let op bij wondjes, operaties en tandproblemen. Dan kunnen er bacteriën in de bloedbaan terechtkomen die zich kunnen vastzetten op de kunstklep. Dit is een ernstige complicatie die voorkomen kan worden door wondjes onmiddellijk goed te ontsmetten en de huisarts in te schakelen indien een eenvoudige verwonding niet vlot geneest. Tandartsen en andere artsen zijn op de hoogte van het feit dat er preventief antibiotica gegeven moet worden; toch is het raadzaam dat u de betrokken arts of tandarts hier bij elke ingreep nog eens extra op attent maakt.

 

7. Wat is een normale revalidatie?

Na de operatie wordt u aangeraden om onder begeleiding van een kinesist te oefenen.  Nadien kan u in overleg met uw cardioloog overgaan tot een intensiever revalidatieprogramma.

Uw inspanningscapaciteit zal geleidelijk toenemen. De eerste weken zal er vaak rust dienen genomen te worden na eerder (voor niet geopereerde patiënten) kleinere inspanningen. Panikeer hierover niet. Vaak zien we ook variatie per dag. De ene dag voel je je prima en doe je veel waardoor soms de dag nadien wat minder lijkt te gaan. Het belangrijkste tijdens een revalidatie is dat er een positieve trend bestaat. Bekijk je inspanningsvermogen en vergelijk dit met een week voordien, op deze manier wordt de variatie per dag opgeheven.

 

8. Kan het zijn dat ik mij neerslachtig voel?

Een hartoperatie is een ingrijpende gebeurtenis in het leven van een mens. Het is daarom niet abnormaal dat dit soms moeilijk psychologisch te plaatsen is. Voornamelijk bij spoedoperaties zien we mensen hier sterker mee worstelen. Praat gerust met uw arts hierover. Als u dat wenst kan er steeds een gesprek gepland worden met iemand van de dienst psychologie.

 

9. Pijn na de operatie

Doordat beide helften van het borstbeen wat uit mekaar staan tijdens de ingreep, kunnen de spieren en gewrichten in de nek en rug de eerste 6 weken soms nog pijnlijk of zwaar en stram aanvoelen. Correcte pijnstilling dmv paracetamol (bv Dafalgan) is meestal voldoende om de pijnklachten onder controle te krijgen. Neem de pijnstillers voldoende lang en bouw traag af. Neem zo nodig contact op met uw huisarts.

Bij minimaal invasieve chirurgie wordt het borstbeen niet volledig of niet geopend.  De toegang tot het hart wordt dan verkregen via een insnede tussen de ribben door. De pijnklachten zijn in principe minder uitgesproken dan bij een klassieke operatie doch wordt er soms geklaagd van een bandvormige spanning op het verloop van de ribbenboog. Neem ook hier voldoende medicatie zodoende de pijn goed onder controle te hebben. Slechte pijnstilling veroorzaakt soms minder efficiënte ademhaling en verhoogt het risico op longproblemen.

 

10. Mag ik vliegen en op vakantie gaan?

U mag u vanaf drie weken na de operatie weer vliegen. Vraag als u twijfelt advies aan uw cardioloog of huisarts.

Vakanties zijn in principe mogelijk wanneer de revalidatie vlot is ingezet. Loopt het iets minder vlot, dan is het verstandig hier even mee te wachten. Bespreek dit met uw cardioloog.  Lange autoritten zijn omwille van comfortredenen niet aan te raden.

 

11. Wat met hartkloppingen?

Het is goed om regelmatig de hartslag te meten aan de pols.  Soms is deze trager of sneller dan voor de operatie.  Daar moet u niet ongerust over zijn.  Vraag uw huisarts om advies indien uw hartslag zeer snel en onregelmatig wordt en of u kortademig wordt of pijn hebt. Voornamelijk een onregelmatige pols kan bijkomende ontstollende medicatie noodzakelijk maken. Blijf hier niet mee rondlopen als als u dit de eerste keer vaststeld en er geen oraal anti coagulerende medicatie (type marcoume, Eliquis, Xarelto, Lixiana) wordt genomen. Op zich is een onregelmatig hartritme niet levensbedreigend maar zo geen ontstolling wordt genomen neemt het risico op beroerte toe.

 

12. Wat moet ik doen met dikke voeten?

Dikke voeten vertellen vaak iets over de hoeveelheid vocht welke zich opgestapeld heeft in het lichaam. In principe wordt er na een operatie bijna altijd een ontwateringstherapie opgestart. Bij ontslag wordt deze nog verder doorgegeven in geval van bepaalde klepoperaties. Als u merkt dat uw voeten na ontslag terug beginnen te zwellen is het raadzaam even contact met uw huisarts of met ons ziekenhuis op te nemen. Vermoedelijk kan dit probleem opgelost worden met het tijdelijk opdrijven van de ontwateringsmedicatie.

 

13. Mag ik nog roken?

Rook niet meer aangezien elke sigaret uw risico op hart- en vaatziekten laat toenemen. Het is niet omdat u een hartoperatie hebt ondergaan dat u veilig bent voor nieuwe letsels of verergering van bestaande letsels die tijdens de operatie nog geen behandeling behoeven. Roken geeft een veralgemeende aantasting van alle bloedvaten, dus ook ter hoogte van halsvaten, nierslagaders en bloedvaten naar de ledematen.  Iedereen begrijpt dat stoppen met roken moeilijk is. Maak u niets wijs en vraag zo nodig hulp aan huisarts en (of) tabacoloog.

 

14. Mag ik nog seksuele activiteit hebben?

Waarschijnlijk zult u de eerste weken na de ingreep niet zo veel behoefte hebben aan geslachtsgemeenschap. Luister naar uw lichaam. Bepaalde medicijnen zoals bètablokkers (atenolol, metoprolol, bisoprolol, propanolol) kunnen uw seksleven wel beïnvloeden. Vraag eventueel uw huisarts of cardioloog naar een alternatief.

 

15. Wat is de kostprijs van een hartoperatie?

De drie hartchirurgen in het Imelda ziekenhuis zijn geconventioneerde artsen. Zo heeft u als patiënt tariefzekerheid. Wenst u een éénpersoonskamers dan geldt de mogelijkheid dat de hartchirurg een toeslag of supplement vraagt. Het is belangrijk om te weten dat ook de andere betrokken disciplines hetzelfde supplement zullen vragen tijdens uw verblijf. In ons ziekenhuis bedraagt dit maximaal 150% van de door de overheid vastgelegde prijs.  Bespreek vooraf met uw verzekeringsmakelaar of u al dan niet verzekerd bent voor de meerkost van een éénpersoonskamer. Sommige hospitalisatieverzekeringen dekken deze meerkost niet.

 

16. Mag ik in de zon komen?

Voor een mooie wondheling is het zinvol om de zon tijdens het eerste jaar na de operatie te vermijden. Indien u toch in het zonlicht wenst te komen is het aan te raden om een Sun block op het litteken aan te brengen.

Indien u amiodarone (cordarone) dient te nemen is het eveneens raadzaam om zonlicht te vermijden. Blootstelling aan zonlicht, zelfs voor korte perioden, kan huiduitslag, jeuk en roodheid geven. Dit kan drie dagen tot soms zelfs een week aanhouden. Een zonnebrandcrème met hoge beschermingsfactor beschermt hier slechts gedeeltelijk tegen. Blijf daarom uit direct zonlicht, met name tussen 10.00 en 15.00 uur en draag beschermende kleding, waaronder hoed en zonnebril.