Borstreconstructie met prothese

Principe

Bij een reconstructie met een borstprothese wordt het klierweefsel vervangen door een siliconen prothese die onder de borstspier wordt geplaatst.

Een prothese is niet voor iedereen aangewezen, het is daarom belangrijk om vooraf de risico’s in te schatten (kapselcontractuur, infectie, borstasymmetrie etc ...).
Indien deze ingreep bij u aangewezen is, wordt een prothese afgemeten die rekening houdt met de gewenste borstgrootte en vorm. Prothesen zijn tegenwoordig in een groot aantal vormen beschikbaar, zodat ze kunnen worden afgestemd op uw persoonlijke behoefte. Tot slot zal steeds rekening worden gehouden met de gezonde borst (lifting of  verkleining) in het streven naar een borstsymmetrie.

Techniek

De ingreep is een beetje te vergelijken met een borstvergroting, met dat verschil dat er minder onderhuids vetweefsel en geen klierweefsel overheen de prothese zal komen te liggen.

Bij een onmiddellijke reconstructie (primaire reconstructie) gaan we ook na of de huidenveloppe dient verkleind te worden.
Wanneer een latere reconstructie wordt gedaan (secundaire reconstructie na mastectomie), zal men de huid eerst moeten oprekken met een tissue expander alvorens een borstprothese kan worden geplaatst.
Tot slot zijn er prothesen die beide functies combineren. Deze bevatten zowel een met water te vullen expander-gedeelte als een siliconengel-gedeelte. Deze prothese is aanpasbaar.